Naam
De wetenschappelijke naam Chelidonium is afgeleid van het Griekse chelidon dat zwaluw betekent. Volgens sommigen is de plant zo genoemd omdat men meende dat de zwaluwen dit kruid gebruikten om hun jongen te voeden. Dioscorides (40 - 90 na Chr.) en Plinius (1ste eeuw na Chr.) vermelden dat het gele sap door de zwaluwen gebruikt werd om hun jongen ziende te maken.
Een andere verklaring van de naam luidt dat het een verbastering is van donum coeli dat geschenk van de hemel betekent. De alchemisten gebruikten het gele sap immers bij hun pogingen om goud te maken.
Het tweede deel majus (de grotere) staat tegenover Chelidonium minus (de kleinere) wat de vroegere naam was voor speenkruid.
De Nederlandse naam stinkende verwijst naar de geur van de plant. Gouwe verwijst dan weer naar goud, de kleur van het sap.
Een veel gebruikte volksnaam is wrattenkruid omwille van de werking van het sap om wratten te laten verdwijnen.
Herkomst en verspreiding
Stinkende gouwe is inheems in gematigd Europa, Noordwest-Afrika, West- en Noord-Azië.
Het is een algemeen voorkomende soort in onze gebieden.
Beschrijving
Stinkende gouwe is een overblijvende, sierlijke plant. Ze blijft ook in de winter groen en behoudt het gele sap dat ook ‘s winters bruikbaar blijft.
Deze plant heeft een dikke wortelstok met veel zijwortels waardoor ze heel goed verankerd zit in de grond. De wortel breekt daardoor meestal af als je de plant wil uittrekken. Bij het afbreken van de wortel komt oranje sap vrij. Stinkende gouwe herneemt zijn groei in het vroege voorjaar.
De bladeren zijn diep ingesneden en staan in een rozet. Aan de bovenkant zijn ze frisgroen, aan de onderkant eerder blauwgroen. Ze zijn verspreid behaard en zeer diep bochtig ingesneden waardoor ze een beetje lijken op eikenbladeren volgens sommigen. Maar je zal ze er zeker niet mee verwarren! Het eindblaadje is het grootst. De bladeren zijn erg decoratief.
De broze stengels zijn hol en bevatten geel sap. Stinkende gouwe kan tot negentig centimeter hoog worden.
Van mei tot oktober staan helgele bloemen bovenaan de bloeistengel die zich verheft uit de rozet. Ze staan met twee tot zes bij elkaar in een los scherm. De bloem heeft vier bloemblaadjes zoals een kruisbloemige maar veel meer meeldraden, wat typisch is voor de papaverfamilie. Deze prachtige en opvallende bloemen sieren gedurende een lange periode de tuin.
De vruchtjes zijn heel smalle hauwtjes maar het zijn geen echte hauwtjes omdat ze het tussenschot missen. De zaden die ze bevatten blijven tot vijf jaar kiemkrachtig.
Het is een snelgroeiende en teer gebouwde, soms woekerende plant.
Standplaats
Stinkende gouwe is een pionier die graag op stikstofrijke, vochtige, kalkhoudende grond groeit, onder heggen en bomen en dus op schaduwrijke plaatsen. Ze groeit langs en op oude muren, in lichte loofbossen en op stortplaatsen.
Functies in de tuin
Het sap van stinkende gouwe bevat alkaloïden waardoor de plant giftig is voor de meeste dieren.
Stinkende gouwe heeft een hoge pollenwaarde en de honingbijen komen dan ook vlot de pollen halen. Ze foerageren erg druk op deze plant als er voldoende in de omgeving van de bijenkast staan.
Ook zandbijen, groefbijen, metselbijen en hommels weten de plant te vinden.
Mieren houden van stinkende gouwe omwille van de zaadjes die een mierenbroodje, dit is een zoete zaadsluier, bevatten. Zo wordt stinkende gouwe verspreid.
En bovendien is het een mooie, rijkbloeiende plant.
Giftig
Omwille van de vele alkaloïden die de plant bevat is ze niet bruikbaar in de keuken. Ze wordt beschouwd als onkruid maar het is een eeuwenoude medicinale plant.
Doorheen de geschiedenis is stinkende gouwe vaak aangewend als geneesmiddel bij oogziekten, gal- en leverkwalen, huidproblemen en ter verlichting van krampen van de ingewanden. Op basis van de signatuurleer stond het gele sap voor galsap en de plant werd beschouwd als werkzaam bij gal- en leverproblemen.
Aan het gele sap werd reeds in de Oudheid geneeskracht toegeschreven bij oogziekten. Later werd het beschouwd als een middel bij staar of vertroebeling van de ogen. Men noemde de plant daarom ook ogenklaar. Omdat het sap ook een gunstige invloed zou hebben op sproeten, wratten en andere huidaandoeningen werd de plant ook wrattenkruid genoemd.
Door het gehalte aan alkaloïden is het inwendig gebruik van stinkende gouwe niet veilig. Bij het aanstippen van wratten moet je erop letten de omringende huid niet aan te stippen.
Als er bij het werken in de tuin sap op handen of armen terechtkomt, veroorzaakt dat gele vlekken die niet afwasbaar zijn, maar ze verdwijnen na enige tijd.
Folklore, mythologie, verhalen
Men maakte een toverzalf van stinkende gouwe om behekste kinderen en bezetenen te onttoveren.
Men vertelde dat wie stinkende gouwe en het hart van een mol bij zich droeg, zich uit allerlei slechte zaken kon redden.
Het sap van stinkende gouwe was een van de ingrediënten die de alchemisten gebruikten in hun zoektocht om goud te maken.
Volgens een legende ontstond stinkende gouwe uit het bloed van de kop van de slang die door de Messias verpletterd werd. Dat giftige bloed is het roodgele sap van de stinkende gouwe geworden.