[mashshare]
Het heeft mijn ouders vele jaren zoeken en experimenteren gekost, maar ondertussen hebben we op Yggdrasil een systeem uitgewerkt om probleemloos alle mogelijke groenten te combineren in je tuin.
De voordelen zijn heel groot, zowel naar ziekten en plagen, tijdwinst, uitzicht als opbrengst, maar het lijkt voor velen mensen in het begin nogal ingewikkeld. Eens je weet hoe het in elkaar zit, is het een totaal ander verhaal en snap je dat het echt wel logisch is om zo te werken.
Door de vele reacties die we krijgen bij rondleidingen hebben we dit systeem toepasselijk ‘Schijnbare Chaos’ genoemd. De uitleg interesseert veel mensen, want het is het derde best gelezen artikel van mijn blog.
4 Basisprincipes Om Alles Probleemloos Te Combineren In De Natuurlijke Moestuin
Regelmatig wordt mij de vraag gesteld of wij aan teeltwisseling en combinatieteelt doen en welke regels wij hiervoor volgen. Mijn antwoord hierop is eigenlijk heel simpel: wij doen niet aan teeltwisseling of de gangbare combinatieteelt.
Geen teeltplannen waarin je 7 jaar moet teruggaan om zeker geen knolvoet te krijgen op uw kolen, geen boeken doorspitten om tegengestelde adviezen over mogelijke combinaties te krijgen, geen ingewikkelde combinaties opzetten die niet werken, geen plantengildes uitdokteren, afgekeken van buitenlandse combinaties die in onze streken en gronden niet werken.
Ik verzeker u: het maakt het tuinieren veel eenvoudiger en aangenamer.
Hoe dan wel?
Maar we doen het wel op een andere manier, want de basisgedachte achter teeltwisseling en combinatieteelt is wel juist. Alleen vertrekt u vanuit een verkeerde visie wanneer u wisselteelt en de gangbare combinatieteelt toepast.
Kijk immers naar de natuur: monocultuur bestaat hier niet. In de vrije natuur worden planten ook niet om de zoveel jaar verwisseld van plaats. Alles groeit door elkaar waardoor deze behoefte helemaal niet bestaat. Want waarom wordt wissel- en combinatieteelt toegepast? Om te zorgen dat er geen opbouw is van kwaadaardige bodemschimmels, van slechte aaltjes en luizen en dat één soort groenten geen tekorten krijgt van een bepaalde voedingsstof door altijd op dezelfde plaats te staan.
In de natuur staat alles door elkaar waardoor een plaagopbouw zeer moeilijk is en zelden voorkomt en specifieke voedingsstoffen geraken niet uitgeput door de diverse afname en toename van voedingsstoffen door het uitgebreide scala aan planten.
Hoe kunnen we de natuur imiteren?
Door niet alles mooi in groepen, blokken en rijen te zetten maar door alles door elkaar te zetten. Het resultaat lijkt dan misschien wanordelijk maar het is eigenlijk een zeer goed geordende wanorde (klinkt een beetje raar :-)).
Alles wordt op organische lijnen gezaaid en geplant (geen rechte lijnen!) in specifieke combinaties. Deze combinaties spitsen zich niet toe op specifieke plantcombinaties maar op combinaties van verschillende kenmerken van de planten:
- Kleur van het blad
- Geur van de plant
- Bladvorm en textuur
- De ruimte die de plant inneemt (worteldiepte en planthoogte)
Kleur van het blad
Sommige insecten, waaronder luizen, hebben bv. een voorkeur voor zacht, lichtgroene of gele bladeren zoals nieuwe scheuten. Indien u deze soorten planten tussen gewassen met een rood, blauw of paars blad zet dan zijn de groene bladeren een beetje verstopt en worden ze niet gemakkelijk gevonden door de plaaginsecten.
Omdat er ook geen grote groepen van dezelfde planten bij elkaar staan, gaat een plaaginsect dat zijn voedselplant heeft gevonden zich ook niet explosief kunnen vermeerderen omdat het niet direct een nieuwe voedselbron vindt. Hierdoor blijven plaaginsecten meestal onder controle en verrichten ze weinig schade.
Geur van de plant
Sterke geuren stoten sommige insecten af. Zo worden prei, ajuinen, bieslook, koriander, basilicum en andere sterk geurende planten gebruikt om insecten af te schrikken en met hun geur andere geuren te camoufleren. Hieruit is ook de bekende combinatie van wortelen en ajuinen afkomstig. De geur van de ajuinen verwart de wortelvlieg, de geur van de wortels misleidt de ajuinvlieg.
Door deze planten tussen andere soorten te zetten en hier en daar kruiden in de groentebedden te zetten, kunt u de zoekende plaaginsecten gemakkelijk verwarren waardoor ze hun voedingsplant niet vinden.
Bladvorm en -textuur
Elk plaaginsect heeft zijn eigen voorkeur: sommige hebben graag het zachte blad van sla, spinazie, kolen en jonge scheuten, anderen hebben liever een stevig blad of een behaard blad. Door de structuur van de bladeren af te wisselen, geraken de insecten verward en kunnen ze minder gemakkelijk hun eigen geliefkoosde bladsoort vinden.
Zo kunt u dus zachte bladeren afwisselen met harde, geribbelde bladeren, met behaarde bladeren, …
De ruimte die de plant inneemt (worteldiepte en planthoogte)
Dit vierde en zeer belangrijke punt heeft vooral gevolgen voor de productiviteit van uw tuin en naar de noodzaak voor wisselteelt.
De bedoeling is om beter gebruik te maken van alle dimensies in uw tuin. Zo kunt u planten met een verschillende worteldiepte afwisselen. Ze gaan niet concurreren onder de grond omdat hun wortels verschillende dieptes bestrijken. Hierdoor kunt u planten dichter bij elkaar zetten wat verschillende voordelen heeft zoals een hogere opbrengst en een betere bedekking van de bodem.
Ook bovengronds kunt u zo combinaties maken met hogere, zonminnende planten (tomaten, paprika) en lagere schaduwminnende planten zoals sla. Wanneer u ook de tijdsdimensie erbij neemt kunt u combinaties maken tussen planten die snel oogstklaar zijn en geoogst worden voor de trager groeiende planten de beschikbare ruimte dichtgroeien. Denk hierbij aan een combinatie van sla en kolen. Ook hierdoor wordt de opbrengst van uw tuin verhoogd.
Omdat alles door elkaar groeit moet u niet de moeite doen – het is trouwens onmogelijk – om een teeltwisseling op te stellen. Alle planten staan in kleine hoeveelheden overal en zorgen dat plaaginsecten (bijna) nooit boven een kritische drempel komen. Hierdoor moet u niet ingrijpen en gaat u niet veel schade oplopen.
Combineren zoals u wilt
Wanneer u bovenstaande basisprincipes gebruikt kunt u alles in uw tuin combineren zoals u wilt, u moet wel een beetje plannen maar zit niet vast een combinaties en teeltwisselingen. Denk een beetje na, leer uit uw ervaringen en het zaaien en planten gaat veel eenvoudiger en sneller.
Volgende Stap?
Schrijf u in voor email updates, zo wordt u automatisch op de hoogte gehouden van elk nieuw bericht!
armand puttemans says
Moet ik dan af van de indeling in 6 van de moestuin? Hoe ga je dan aardappelen inbrengen bv , zo maar hier en daar een aardappel planten lijkt me maar niets. Hetzelfde met bonen en erwten.
Ger van Dorst says
http://blog.natuurlijkemoestuin.be/uiteraard-zijn-er-uitzonderingen-op-de-regel/
Frank Anrijs says
Er zijn natuurlijk een paar uitzonderingen en we gebruiken een 3-tal schema’s waarmee we combinaties maken.
Maar de indeling van je tuin in 6 – 8 tot zelfs 12 bedden maakt alles nodeloos ingewikkeld en werkt niet goed. Je hebt het ene jaar te veel plaats voor de ene soort en dan te weinig voor de andere het jaar erop, je kan niet combineren, je kolen staan allemaal mooi samen als lokmiddel voor vlinders, …
William jellesma says
Daar zeg je wat…vlinders, dus ook rupsen. Niets staat onder doek. Betekent dat dat je ook geen last hebt van rupsenvraat? Ik kan mij jouw antwoord al bedenken: ( ik lees jouw blog nu twee weken zeer fanatiek), je hebt her en der vlinderstruiken, bloemen waar ze opaf komen, geen combinatieteelt, gewoon alles door elkaar zodat ze ene geur de andere verbloemt en dat de vlinder de kolen niet makkelijk kunnen vinden. Waar of niet:):)?
Maar ben wel benieuwd naar jouw antwoord:)