Eens je begint te kijken naar het verleden van lava en, breder gezien, het gebruik van gesteentemeel, dan betreed je verschillende paden waarbij de uitkomst steeds vergelijkbaar is: mineralen uit gesteente zijn zeer belangrijk voor de vruchtbaarheid van de bodem en worden al vele duizenden jaren gebruikt. Een beetje achtergrond en duiding vind je hieronder.
Pompeï
Je kent de verhalen over Pompeii wel, een grote Romeinse stad die vlakbij de actieve vulkaan de Vesuvius gelegen was. Deze stad is tijdens een uitbarsting bedekt geraakt met lavastof en verwoest. Het lijkt vreemd om een grote stad te bouwen naast een actieve vulkaan, maar wanneer je verder kijkt, zie je dat ook in onze tijd er rond vele actieve vulkanen grote steden zijn verschenen. Maar waarom zou je dat doen?
Het belangrijkste voordeel blijkt de vruchtbaarheid van de bodem te zijn. Een vulkaanuitbarsting bestaat zeker niet altijd uit een explosie die gevolgd wordt door stromen lava. Vaak is het een aswolk die uitgestoten wordt en zich verspreidt over de omgeving. De aswolk bestaat uit kleine deeltjes glas, klei en mineralen. Wanneer het de jaren daarna regent worden deze deeltjes omgevormd tot een vruchtbare klei die zorgt voor hoge landbouwopbrengsten.
In het verleden was landbouw de voornaamste bron van inkomsten en zeer belangrijk. Vele nederzettingen zijn zo in de buurt van actieve vulkanen uitgegroeid tot grote steden.
Egypte en de Nijl
Iedereen heeft op school geleerd over Egypte met zijn indrukwekkende pyramiden, farao’s en overvloedige rijkdom. De Nijl was de bron van dit alles door zijn uitstekende vruchtbaarheid waardoor men gedurende duizenden jaren verschillende oogsten per jaar van de velden kon halen zonder problemen met vruchtbaarheid en tekorten.
De jaarlijkse overstromingen van de Nijl waren hiervoor verantwoordelijk. De Nijl heeft een deel van zijn oorsprong in Ethiopië waar hij doorheen de eeuwen een geul van 1400 meter diep heeft uitgesleten. Dit uitgesleten gesteentemateriaal werd telkens samen met organisch materiaal afgezet op de oevers en zorgde voor de vruchtbaarheid van Nijloevers.
Dit is een duidelijke aanwijzing dat gesteentemeel en organisch materiaal voldoende zijn om je bodem gezond en productief te houden.
Victor Schauberger
Victor Schauberger is een natuurwetenschapper die door observatie van de omgeving vele theorieën over de natuur ontwikkelde, in het begin vooral over water. Zijn motto was ‘begrijp en kopieer de natuur’.
Hij beschrijft in zijn boek ‘Naturenergien’ de natuurlijke watercyclus en ook de natuurlijke voedingscyclus. Hij schrijft dat CO2 ’s avonds naar de grond zakt, in de grond dringt en zich daar bindt met mineralen om de eerste bouwstenen van het leven te vormen. Omdat onze bodems veel minder mineralen bevatten, is de kringloop doorbroken en zitten we met een CO2-overschot. Een probleem dat heel simpel op te lossen is! Door meer organische stof en mineralen in de bodem te verwerken, wordt er een grote hoeveelheid CO2 opgenomen. Door het organisch stof gehalte in de landbouwbodems met enkele procenten op te krikken, zou het CO2 overschot volledig verdwijnen in de bodem.
Via Schauberger naar Hensel
Victor Schauberger schrijft in zijn boek ook over Julius Hensel, een wereldautoriteit op vlak van biochemie. Deze Duitse landbouwchemicus heeft aan het einde van de 19de eeuw het boek ‘Brot aus Steinen’ geschreven. Hierin beschrijft hij het belang van mineralen in de bodem en dus ook in onze voeding.
Volgens Julius Hensel is een tekort aan mineralen de oorzaak van vele plantenziekten en misoogsten. Een bodem die niet in orde is, is slecht voor planten en dus ook voor dieren en mensen. Zijn visie botste in die tijd met de opkomende theorieën over bemesting. Justus von Liebig had in 1843 zijn ‘Wet van het minimum’ gepubliceerd. Hierbij is de minst aanwezige voedingsstof (stikstof, fosfor of kalium = npk ) de beperkende factor in de groei van planten. Deze theorie leidde uiteindelijk naar het overmatig gebruik van (kunst)meststoffen dat we nu kennen.
Nochtans heeft Justus von Liebig in 1861 erkend dat hij fout was en dat het gebruik van (kunst)meststoffen rampzalige gevolgen had voor de bodem. In 1893, ongeveer 50 jaar na de publicatie van de minimumwet van von Liebig, publiceerde Julius Hensel, zijn boek ‘Brot aus Steinen’, dat niet alleen de kwalijke gevolgen van kunstmest beschrijft (vooral stikstof, fosfor en kalium), maar ook die van het gebruik van dierlijke mest. Hensel vond in vulkanisch rotsmeel, gips en kalk de ideale meststof die alle basismineralen, maar ook fosfor, in de juiste proporties bevat. Bovendien is praktisch overal in de wereld rotsmeel overvloedig en goedkoop beschikbaar. Naast de vernoemde basismineralen bevat rotsmeel nog enkele tientallen andere mineralen, waarvan men nu weet dat ze ook essentieel zijn voor gezonde gewassen, gezonde dieren en gezonde mensen!
Dr. Albrecht
Dr. Albrecht is een wetenschapper die al van het begin van de 20ste eeuw onderzoek doet naar bemesting en de gevolgen hiervan op de bodem, de veestapel en de mens. Hij hamert al van voor de tweede wereldoorlog op het belang van een juiste bemesting en de daarmee gepaard gaande bodemgezondheid. Hij liet bijvoorbeeld volgende uitspraak optekenen:
NPK formulas, (nitrogen, phosphorus, potassium) as legislated and enforced by State Departments of Agriculture, mean malnutrition, attack by insects, bacteria and fungi, weed takeover, crop loss in dry weather, and general loss of mental acuity in the population, leading to degenerative metabolic disease and early death.
Hij was ervan overtuigd dat een juiste bemesting noodzakelijk was om de juiste mineralen in de bodem te krijgen. De grassen die gegeten worden door grazers bepalen welke mineralen in welke hoeveelheden deze dieren binnenkrijgen. Op slechte bodems met tekorten, was de voeding van deze grazers niet goed en ontstonden er ziektes. Op zijn beurt resulteerde dit in ondermaats vlees waardoor ook mensen tekorten opliepen en vatbaarder waren voor ziektes.
Deze conclusies zijn vergelijkbaar met wat Liebig en Hensel ontdekten in de voorgaande decenia: wat niet in de bodem zit, kan er niet uitkomen. Deze tekorten in de bodem weerspiegelen zich in tekorten in de voeding en uiteindelijk in de mens.
Verhaal over ijstijden
Dr. Hamaker heeft enkele decenia geleden een originele theorie opgesteld over het ontstaan van ijstijden. De laatste vijf ontstaan met een zekere regelmaat en duren ongeveer 100.000 jaar. Daartussen is er telkens een periode van 10.000 – 12.000 jaar met hogere temperaturen. Tegen het einde van zo’n periode zijn er enkele wederkerende gebeurtenissen.
Het gehalte aan CO2 in de lucht neemt toe, de gezondheid van bomen en andere planten neemt af. Alhoewel een hoger gehalte aan CO2 juist voor een hardere groei van planten moet zorgen, blijkt dit in de praktijk niet zo.
Doordat bomen en planten slechter groeien en meer last hebben van plagen en ziektes, vermindert de opname van CO2 en kom je in een spiraal van klimaatopwarming en destabilisatie terecht die leidt tot het ontstaan van ijstijden. Een oorzaak voor deze slechtere groei en grotere vatbaarheid voor ziekten is een tekort aan mineralen in de bodem. De daling van het mineralengehalte is deels het gevolg van het natuurlijke proces van verwering. De hoge productiviteit die onze landbouw nastreeft, eist in onze tijd echter ook zijn tol. De afbraak is versneld door verzuring van de bodem door het gebruik van kunstmest en drijfmest en in het algemeen door de verbranding van fossiele brandstoffen.
Een ijstijd en de hiermee gepaard gaande gletsjers is de methode van de natuur om de bodem te hermineraliseren. Tijdens zo’n ijstijd groeien de gletsjers op beide polen gestaag aan en glijden over het aardoppervlak richting de evenaar. Tijdens hun lange reis schuiven ze elk jaar in de winter enkele honderden meters op, een winst die in de loop van de zomer voor een stuk teniet gedaan wordt door de hogere temperaturen.
Tijdens het aangroeien en opschuiven in de winter worden er grote hoeveelheden gesteente verpulverd en uitgesmeerd over de bodem. Bij het smelten in de zomer komt dit gesteentemeel vrij en wordt door sterke winden een deel meegenomen en verspreid over de aardbol. Dit proces vindt gedurende de volledige ijstijd plaats en zorgt voor een duidelijk meetbare laag die over de hele wereld terug te vinden is.
Wanneer de ijstijd voorbij is en de gletsjers zich terugtrekken, is de bodem aangerijkt met mineralen en vindt er een periode plaats van exponentiële groei.
Gebruik in experimenten in bossen en natuurgebieden
De eerste experimenten met gesteentemeel werden rond de eeuwwisseling van de 19de en 20ste eeuw uitgevoerd. Na de opkomst van chemische bemesting na het einde van de wereldoorlogen, is het gebruik van gesteentemeel in de vergetelheid geraakt. De laatste jaren is er echter terug een groeiende interesse en wordt er ook onderzoek verricht naar het gebruik hiervan.
Een proef met lavameel in de Gronings-Drentse Veenkoloniën levert het volgende resultaat op:
Het zetmeelgehalte in aardappelen op de proefvelden is hoger, de planten zijn sterker en minder gevoelig voor droogte en ziektes. Daardoor zijn op termijn minder chemische bestrijdingsmiddelen nodig. Zodra het bodembeheer is geoptimaliseerd op het gebied van mineralogie en bodemleven wegen de extra inkomsten ruimschoots op tegen de kosten van duurzaam bodembeheer.
Ook de resultaten van experimenten in heidegebieden en bossen zijn positief. De buffering tegen verzurende omstandigheden is prima, zonder negatieve effecten op fauna en flora. Sterker nog, er zou zelfs een positief effect zijn op de mycoflora in bossen die behandeld zijn met gesteentemeel.
Alle resultaten zijn van korte testen, maar door het trage effect van deze materialen is verder onderzoek aangewezen. De verwachting is dat de positieve effecten alleen maar sterker tot uiting zullen komen.
Tineke Schaper says
Hoi Frank,
dank maar weer vanuit de eindelijke een beetje natte Nederlanden, Heb je een adres over aankoop van verantwoord lavameel?
Dank en hartelijke groet
Marja says
Welkoop verkoopt lavameel. Biosolutions.be is een heel goede leverancier.
Bart Van Leuven says
dag Frank, Ik heb 3 boeken van u met aandacht gelezen en ook uw nieuwsbrieven volg ik met interesse. Heel boeiend. Eén ding stoort me soms. Een fout die veel wordt gemaakt: de verpersoonlijking van de natuur. Ik citeer een zin van u: “Een ijstijd en de hiermee gepaard gaande gletsjers is de methode van de natuur om de bodem te hermineraliseren.” De natuur heeft geen methode. Dingen gebeuren en het is boeiend het hoe en waarom te onderzoeken. Maar de natuur zelf heeft geen eigen wil die iets laat gebeuren.
hartelijk en benieuwd naar volgende artikels van u.
Bart Van Leuven
johan7duyck says
Dag Frank,
fijn dat je durft verder te spreken dan wat er gangbaar wordt verteld in deze zeer yange tijd waarin we leven. Alles moet meetbaar, traceerbaar, peer reviewed, evidence based, … zijn. Het matriarchale voelen van wat het leven op deze planeet inhoudt, in samenhang met de verbinding met het universum behoeft geen meetinstrumenten. Het is weten-schap op zich. We zijn er ons nog nauwelijks van bewust hoe leven werkelijk in elkaar steekt. O ja, we zijn het aardig aan het fragmenteren, uiteenrafelen tot we uiteindelijk ‘niet meer weten waar het geheel voor dient’. Ik vind het daarom moedig van je, Frank, dat je woorden als ‘de methode van de natuur om de bodem te hermineraliseren’ gebruikt.
Bart, ik zou daarom niet spreken van een ‘fout’ die Frank hier maakt. Het is voor jou kennis nemen van iets groters, waarin we allen een deel en tevens ook het geheel van zijn. Misschien zegt het jou niks en heb je het moeilijk met dergelijke uitspraken. Maar ook dat is slechts een interpretatie van jouw denken hierover. Met een oordeel als gevolg.
De Tao van het leven ziet dat net iets ruimer.
Hartelijke groet.
Geert says
Geweldig Frank, Bedankt! Zeer interessant!
Zo zie je maar weer hoe prachtig de Maker dit alles tot stand heeft gebracht maar helaas wij denken dat alles maakbaar is maar ondertussen de hele natuur naar de knoppen helpen. Maar ook daar heeft de Schepper rekening mee gehouden, want als we stoppen met de vernietiging hersteld alles zich ook weer van zelf.
Daniël Maegh says
Weet je nog in de Corona tijd, toen de mensen bijna niet buiten mochten. De natuur was toen al helemaal aan het opfleuren !
Daniël Maegh says
Hallo Frank,
Gesteentemeel zal wel zeer nuttig zijn, het komt ook regelmatig voor in al je tuin werkzaamheden. Maar je zou de volgende keer ook telkens kunnen bij vermelden wat je best kunt gebruiken op welke grondsoort! Dat is in jou geval leemgrond. Waarom zeg ik dat? Er zijn mensen genoeg die je boeken lezen en juist opvolgen zoals jullie het doen, maar bij al die mensen die met zandgronden zitten is dat dikwijls helemaal anders! Ik zeg maar iets, op zandgrond is het gebruik van bentoniet misschien aan te raden, mestcompost is misschien beter op zandgrond. Misschien daar nog eens een rechtzetting over doen de volgende keer!
Ik wens iedereen in de familie en al je lezers fijne feestdagen en op naar een fijn tuinseizoen in 2023!
Paul says
Klopt helemaal
Jo Op den Kamp says
Hallo Frank, interessant artikel om te lezen. Kun je een richtlijn aangeven voor hoeveel lavameel je moet strooien per m2 meter per grondsoort.
Dimitri says
Waaw, de verbanden die je legt. Zo had ik er nog niet naar gekeken. Merci voor de inzichten.
Alwina Vreden says
Prachtig artikel!
Heel interessant!