Winterpostelein is een groente die een hele verrijking is in de winter en die je gerust aan haar lot kunt overlaten. Voor velen, misschien ook voor u, is het niet meer dan een vervelend onkruid!
Winterpostelein kan je zichzelf laten uitzaaien, het daaropvolgende jaar ga je overal postelein kunnen oogsten. Dun je deze verstandig uit door te mulchen en door selectief te oogsten, dan kan je zo een hele winter lekker eten 🙂 .
Herkenbare plant
Winterpostelein behoort tot dezelfde familie als de zomerpostelein, maar tot een ander geslacht. De winterpostelein komt oorspronkelijk uit Noord-Amerika maar is verwilderd in West-Europa.
Het is een klein groen plantje met vlezige blaadjes. Elk blaadje staat op een fijne stengel en vormt samen met de andere stengels een rozet. De eerste blaadjes zijn vlak, maar de blaadjes waaraan bloemen groeien vormen een kelk waar de bloem als het ware uit te voorschijn komt. De kleine bloemetjes zijn wit en vormen later heel veel kleine zwarte zaadjes. De plant is éénjarig maar zaait zichzelf heel gul uit.
Zaaien?
Men zaait de eerste keer begin augustus voor een vroege oogst.
Zaaisel van eind augustus wordt geoogst op het eind van de herfst en in het begin van de winter. Zo kan er met tussenpozen gezaaid worden en de oogst kan gaan tot april-mei.
Het is een zeer gemakkelijke plant die geen bijzondere eisen stelt aan de grond. In het Zwin is ze verwilderd terug te vinden.
Let wel op: ook in de tuin verwildert winterpostelein heel gemakkelijk. Als je het 1 keer in zaad laat komen, heb je een tapijt voor vele volgende jaren.
Spontaan uitgezaaid! En nu?
Als winterpostelein zich spontaan heeft uitgezaaid, kan je best heel veel jonge plantjes weghalen zodat elke plant wat ruimte krijgt. Zo niet blijven ze erg klein en ze vormen een bijna ondoordringbare zode, waarin niet kan gezaaid worden.
Winterpostelein is winterhard maar ziet er wel minder mooi uit na een erg koude periode. Er kan natuurlijk ook een deel in de serre gezaaid worden.
Inhoud
Het is een dankbare groente omdat ze er is als er weinig ander groen beschikbaar is. Ze bevat wel oxaalzuur (0,9%), maar minder dan de zomerpostelein. Ze is anderzijds zeer rijk aan mineralen zoals kalium (800 mg), calcium (125 mg), fosfor (70 mg), ijzer (3 mg) en natrium (30 mg per 100 gram).
Ze is lekker rauw als sla of gemengd met rauw witloof. Er is ook een heerlijke soep van te maken.
Van winterpostelein kan je alle bovengrondse delen gebruiken, ook de bloemetjes als ze nog jong zijn, daarna wordt alles te taai.
In alle geval een aanrader voor de wintertuin en –keuken.
Recepten
Soep van winterpostelein
lepel olijfolie – laurierblad – 1 soeplepel groentebouillon – ajuin – een knoflookteentje – peper – zout – 2 struiken winterpostelein – 2 l water
De olie opwarmen, de ajuin erin laten fruiten. Water toevoegen. Laurierblad, groentebouillon en knoflook toevoegen en even aan de kook brengen. De winterpostelein spoelen, in stukken snijden en toevoegen. Heel eventjes laten meekoken, het laurierblad eruit halen en alles mixen.
Op smaak brengen met peper en zout.
In de borden garneren met enkele verse blaadjes winterpostelein.
Winterslaatje
Winterpostelein, rauw samen met veldsla, enkele sneetjes rauwe champignon, bestrooid met geroosterde pompoenpitten vormen een heerlijk slaatje.
Af te werken met vinaigrette.
Volgende Stap?
Schrijf u in voor email updates, zo wordt u automatisch op de hoogte gehouden van elk nieuw bericht!
Esther says
Hallo. Ik heb vollop winterpostelein in de tuin staan en eet t als salade. Zou het kunnen dat het oxaalzuur bij grote hoeveelheden toch voor buikpijn zorgt. De dag na t eten hebben we dat meermaal gemerkt.