In eerdere blogs heb ik het al vaker gehad over permacultuurprincipes, maar vandaag wil ik er wat dieper op ingaan. Wat zijn deze principes precies? En hoe kun je ze begrijpen en toepassen in je tuin?
Toen ik begon met schrijven over natuurlijke tuinieren en permacultuur bij Yggdrasil, noemde ik het bewust natuurlijk tuinieren. Permacultuur is eigenlijk altijd de basis geweest van waaruit ik werk, maar destijds gebruikte ik die term liever niet. Dat is inmiddels tien tot twaalf jaar geleden. Toen was permacultuur nog behoorlijk onbekend, en als je het woord liet vallen, kwamen de flauwe grapjes zoals “spermacultuur” vaak naar boven. Tegenwoordig is dat gelukkig anders. Toch gebruik ik de term nog steeds niet heel vaak, omdat ik merk dat veel mensen onbewust al volgens permacultuurprincipes werken zonder dat ze dat doorhebben.
Waarom permacultuur soms abstract lijkt
De permacultuurprincipes klinken voor veel mensen abstract of ingewikkeld. Ze worden soms vaag omschreven, en het kan lastig zijn om te begrijpen wat er precies mee bedoeld wordt. Toch gebruik je veel van die principes waarschijnlijk al. Ze zijn vaak vanzelfsprekend voor mensen die al langer tuinieren of zich verdiepen in natuurlijk tuinieren. Maar als je niet weet waarom je iets doet, kan het lastig zijn om je aanpak te verbeteren als iets niet werkt.
Als je begrijpt wat de permacultuurprincipes betekenen, kun je bewuster werken. Dat maakt het eenvoudiger om je tuin steeds een stukje beter te maken. Je kunt problemen sneller oplossen en gerichter veranderingen doorvoeren. Het idee is dat je elk jaar kleine verbeteringen aanbrengt, zodat je tuin meer in balans komt en je planten beter groeien. Door deze principes toe te passen, kun je van je tuin een duurzaam en goed werkend systeem maken.
Een tuin als een levend systeem
Permacultuur leert je om je tuin te zien als een systeem. In plaats van rijen groenten te kweken om zoveel mogelijk te oogsten, bekijk je je tuin als een ecosysteem waarin alles met elkaar samenwerkt. Net zoals in de natuur werk je met allerlei systemen die elkaar versterken.
De natuur werkt vol samenhang. Er zijn talloze systemen die op elkaar inwerken en elkaar ondersteunen. Veel mensen denken dat de natuur vooral draait om concurrentie – wie het sterkst is, overleeft. Maar dat is een misvatting. Samenwerking is minstens zo belangrijk. In je tuin probeer je dus ook systemen te ontwikkelen die samenwerken. Dit maakt je tuin veerkrachtig en productief. Dat is niet altijd eenvoudig, maar het is wel ontzettend boeiend.
Wat is een systeem?
Een systeem is een samenhangend geheel van elementen die samenwerken om een bepaald doel te bereiken. In je tuin heb je bijvoorbeeld een bodem, planten, dieren en insecten. Al deze onderdelen vormen samen één groot ecosysteem. Binnen dat grote systeem zitten weer kleinere systemen, zoals het bodemvoedselweb of de kringlopen van voedingsstoffen.
Permacultuur helpt je om al deze systemen beter te begrijpen en in te richten. Dit kan in het begin wat overweldigend lijken, maar dat is juist wat het interessant maakt. Je kijkt niet alleen naar je groenten of bloemen, maar naar het grotere geheel. Dat vraagt om observatie, creativiteit en geduld.
Principe 1: Observeer en Handel Ernaar
Het eerste permacultuurprincipe is Observeer en Handel Ernaar. Dit is misschien wel het belangrijkste principe. Observeren klinkt eenvoudig, maar het gaat om meer dan alleen kijken. Het betekent bewust waarnemen, met al je zintuigen. Wij zijn gewend om vooral te vertrouwen op ons zicht, maar geur, geluid en tast zijn minstens zo belangrijk, zeker in de tuin.
Observeren is eigenlijk het fundament van natuurlijk tuinieren. Het betekent niet alleen kijken, maar ook nadenken over wat je ziet. Waarom groeit een bepaalde plant hier? Waarom zie je op een bepaalde plek veel insecten? Welke omstandigheden maken dat iets goed of minder goed werkt? Door je af te vragen waarom dingen zijn zoals ze zijn, ontdek je wat er in jouw tuin gebeurt en hoe je daarop kunt inspelen. Dat klinkt misschien vanzelfsprekend, maar in de praktijk blijkt dat veel mensen gewoon aan het werk gaan zonder echt te kijken.
In je tuin is het belangrijk om niet alleen bezig te zijn met zaaien, oogsten of wieden, maar ook om gewoon te observeren. Neem de tijd om te kijken, zonder takenlijstjes in je hoofd. Loop door je tuin, ga zitten en kijk wat er gebeurt. Dit proces van kijken en nadenken is essentieel. Zo leer je je tuin beter kennen en kun je problemen voorkomen of oplossen voordat ze groot worden.
Principe 11: Gebruik randen en waardeer het marginale
Het elfde principe, Gebruik randen en waardeer het marginale, klinkt misschien abstract, maar het is ontzettend praktisch. Randen zijn de overgangszones in je tuin, zoals de grens tussen de bodem en de lucht, tussen water en land, of tussen verschillende plantenbedden. Deze zones zijn vaak het meest dynamisch en productief, omdat ze kenmerken van beide aangrenzende systemen combineren.
In een natuurlijke tuin zijn randen cruciaal. Denk bijvoorbeeld aan de bodemrand, waar plantenwortels voedingsstoffen opnemen. Dit is misschien wel de belangrijkste rand in je hele tuin. Door deze rand goed te onderhouden – bijvoorbeeld door te mulchen of compost te gebruiken – kun je veel problemen voorkomen en je tuinproductiviteit verhogen.
Daarnaast kun je in je tuin bewust extra randen creëren, bijvoorbeeld door planten op verschillende hoogtes te plaatsen of door struiken en bomen langs de randen van je tuin te zetten. Deze aanpak versterkt de biodiversiteit en maakt je tuin weerbaarder. Randen zijn ook plekken waar verschillende organismen elkaar ontmoeten en samenwerken, wat je tuin als geheel sterker maakt.
Principe 6: Produceer geen afval maar creëer kringlopen
Een ander belangrijk principe is Produceer geen afval, maar creëer kringlopen. Dat klinkt misschien als een open deur, maar het is een principe dat je bewust moet toepassen. In een natuurlijke tuin draait alles om gesloten systemen. Je probeert zoveel mogelijk van wat je gebruikt, terug te geven aan de tuin.
Denk bijvoorbeeld aan organisch materiaal zoals haagsnoeisel, grasmaaisel of bladeren. In plaats van dit weg te gooien, kun je het gebruiken om te mulchen of compost te maken. Zo voed je de bodem en creëer je een gezonde basis voor je planten. Zelfs materialen die op het eerste gezicht nutteloos lijken, zoals takken of oude plantenstengels, kunnen waardevol zijn.
Ook buiten de tuin kun je dit principe toepassen. Misschien heb je bouwmateriaal over, zoals dakpannen of stenen. Die kun je in je tuin hergebruiken, bijvoorbeeld om paden aan te leggen of borders te maken. Het idee is om afval te vermijden en creatief te kijken naar manieren om materialen een nieuwe functie te geven.
Principe 8: Verenig eerder dan te scheiden
Permacultuur draait om integratie. Het achtste principe, Verenig eerder dan te scheiden, moedigt je aan om verschillende elementen in je tuin met elkaar te verbinden. Dit is een van de redenen waarom een natuurlijke tuin er vaak anders uitziet dan een traditionele moestuin. In plaats van aparte zones te creëren voor groenten, kruiden en bloemen, probeer je alles samen te brengen.
Kruiden zet je bijvoorbeeld tussen je groenten, omdat ze elkaar kunnen versterken. Fruitbomen plant je langs randen of zelfs tussen je bedden. Door alles te integreren, ontstaat er meer samenwerking tussen de verschillende planten en systemen in je tuin. Dit versterkt de natuurlijke balans en maakt je tuin weerbaarder tegen ziektes en plagen. Het kan even wennen zijn om op deze manier te denken, maar het resultaat is een tuin die veel natuurlijker aanvoelt en minder onderhoud nodig heeft.
Principe 9: Gebruik kleine en trage oplossingen
Gebruik kleine en trage oplossingen is een principe dat in de vorige podcast al uitgebreid aan bod kwam, maar het verdient zeker nog een keer aandacht. Het idee hierachter is simpel: begin klein en breid langzaam uit. Dit principe sluit aan bij de manier waarop de natuur werkt. In een tuin ontwikkelt alles zich stap voor stap, en het is belangrijk om in dat tempo mee te gaan.
Wanneer je begint met een natuurlijke tuin, is het verleidelijk om meteen groot te denken: alles omgooien, veel zaaien en planten. Maar vaak blijkt dat dit te veel werk is en dat je tegen problemen aanloopt die je niet meteen kunt oplossen. Door klein te beginnen – bijvoorbeeld met een paar vierkante meter – kun je leren hoe je tuin werkt en wat er nodig is. Als dat goed gaat, kun je uitbreiden. Dit voorkomt dat je overweldigd raakt en je tuinieren als een zware last gaat zien.
De natuur zelf werkt ook volgens dit principe. Het duurt jaren om een gezonde bodem op te bouwen of om een boom volledig tot ontwikkeling te laten komen. Dit vraagt geduld, maar het resultaat is duurzaam. Door kleine stappen te zetten, werk je in harmonie met de natuurlijke processen en creëer je een tuin die niet alleen mooi, maar ook veerkrachtig is.
Permacultuur in de praktijk
Permacultuurprincipes zijn bedoeld om flexibel te zijn. Er zijn geen strikte regels, maar richtlijnen die je helpen om oplossingen te vinden die passen bij jouw situatie. Elk principe kun je anders toepassen, afhankelijk van de omstandigheden in jouw tuin.
Voor wie zich verder wil verdiepen in permacultuur, zijn er tal van boeken beschikbaar. Sommige zijn echter theoretisch en complex. Gelukkig zijn er ook modernere interpretaties en cursussen die praktischer zijn. Op onze website vind je bijvoorbeeld een zelfstudiecursus over permacultuurprincipes, met video’s en praktijkvoorbeelden die je helpen om de theorie in jouw tuin toe te passen.
Waarom het begrijpen van principes belangrijk is
Als je de tijd neemt om deze principes te leren en toe te passen, zul je merken dat je tuinieren op een heel andere manier gaat benaderen. Je begrijpt beter waarom bepaalde keuzes belangrijk zijn en hoe je je tuin kunt verbeteren. Elk jaar zul je kleine veranderingen zien die leiden tot een gezondere, productievere en plezierigere tuin.
Het doel is niet om perfect te zijn, maar om voortdurend te leren en te groeien. Door de natuur als voorbeeld te nemen, kun je een tuin creëren die niet alleen mooi is, maar ook duurzaam en in balans met de omgeving.
Door deze principes toe te passen, geef je jezelf de kans om je tuin te ontwikkelen tot een plek die niet alleen mooi en productief is, maar ook veerkrachtig en duurzaam. Dit vraagt om geduld en observatie, maar de resultaten zijn de moeite waard. Permacultuur biedt je de tools om bewuster en effectiever te werken, zodat je elke dag meer kunt genieten van je tuin.
Peter says
Mag ik iets toevoegen/suggereren?
In plaats van te vertrekken van de twaalf principes – die overigens in verschillende versies bestaan, het heeft zeker zin te kijken naar andere versies – te vertrekken van het vierletterwoord ODS-N.
ODS-N is een poging om een opstapje te vormen naar die twaalf principes, door er een paar principes uit te halen, met de bemerking dat een opstapje niet de trap is.
Eens je ODS-N onder de kniee hebt, volgt noodzakelijk de stap naar die 12. ODS-N benadert deels die schijnbare abstractie van die 12 regels op een andere manier.
O staat voor Observeren, wat ook Frank als eerste principe hierboven aanhaalt. Alles vertrekt in de eerste plaats van observeren, veel minder van weten of kennen: alles is de facto veranderlijk: het weer, het bodemleven, het niet-bodemleven…
D staat voor diversiteit, een ander fundamenteel principe (vd 12), dat toelaat op diverse manier te observeren en diverse oplossingen te bedenken. Zeker in deze tijden van klimaatverstoring, gaat diversiteit veerkrachtigheid toevoegen aan het systeem.
De S staat voor systeemdenken. Als je hierboven kijkt, blijkt dat een aantal permacultuurprincipes eigenlijk al kenmerken zijn van systemen: zoek je grondstoffen en energie lokaal, vervuil je nest niet, integreer, ontwerp van systemen naar details en zelfs het kiezen van rand – denk aan een bosrand als systeem; Maar ook principes die niet aan bod komen, zoals één functie meerdere elementen en één element meerdere functies zijn kenmerken van “systemen”.
Systeemdenken gaat kort en goed over 1. elementen die interageren 2. input nodig hebben 3. output geven (services en producten). In die “interacties” zitten veel permacultuurprincipes.
N staat voor Nature. (Da’s ééntje waarin ik afwijk: de ethische principes People Care, Planet Care, FairShare/Distribute surplus bundel ik naar Nature Care. Want wij staan daar niet los van. Ik zie de mens niet apart, zoals veel permaculturici dat wel doen. De mens in en tussen de natuur, in plaats van erboven of ernaast…).
Dat laat toe om in de natuur de diversiteit in de systemen te observeren. Denk maar aan de verschillende “disturbances” van een overstroming tot een dier dat aan een plant knabbelt, van regenbuien die beperkte grondstoffen meebrengen tot een dier dat sterft en vergaat. Denk aan de stad te zien als een rotsformatie, waar je “in een nis” een bosrand kan laten ontstaan. Of een stukje prairie. Of moerasland.
ODS-N is gemakkelijk te onthouden: observeer de diversiteit in systemen in de natuur. Voilà.
Dus nog eens: ODS-N vervangt de 12 principes niet. Het vormt er een opstapje naar. Het loopfietsje.