Dat mulchen enorm veel voordelen heeft in de tuin, dat heb ik al herhaaldelijk gezegd, en dat is jou misschien ondertussen ook al wel duidelijk. Maar in het voorjaar, wat doe je dan met die mulch? Moet je die laten liggen? Moet je die weghalen? Het advies dat altijd gegeven wordt, is dat je die in het voorjaar moet weghalen, zodat de bodem open en bloot ligt. Maar heeft dat nu echt wel voordelen? Waarom zou je dat doen, en hoe doen wij dat? Dat ga ik proberen uit te leggen.
Kan Je Te Veel Moeite Doen Voor Je Bodem?
In de vorige podcast heb ik uitgelegd dat het eigenlijk heel eenvoudig is om je bodem te verbeteren. Het komt neer op het toedienen van organisch materiaal, in welke vorm dan ook – compost, mulch, het maakt niet zoveel uit. Dit zorgt ervoor dat je bodem geleidelijk aan beter wordt. Meer is er eigenlijk niet nodig.
Ik heb altijd gedacht dat je niet te veel materiaal kon toedienen, maar dat je elk jaar materiaal kon blijven toevoegen, waardoor je bodem steeds beter zou worden. Er leek geen maximum aan te zitten. Onlangs heb ik echter geleerd dat dit misschien toch niet helemaal klopt, en dat ga ik vandaag wat dieper bekijken. [Read more…]
Is Het Echt Zo Moeilijk om Je Bodem Te Verbeteren?
Ik zit sinds enkele maanden in een werkgroep over de bodem, waar we samen met een groep bodempioniers – mensen die intensief met de bodem bezig zijn – proberen oplossingen te zoeken voor de huidige problemen met de bodem. We onderzoeken waar de moeilijkheden liggen om een gezonde bodem te creëren. Het verbaast me altijd hoeveel moeite er wordt gedaan om dit complex te maken, terwijl het volgens mij eigenlijk heel simpel is.
Welk voedsel kan je zonder problemen onder bomen kweken?
In deze podcast probeer ik een antwoord te vinden op de vraag welke planten, welke eetbare planten, welke nuttige planten je allemaal onder bomen kunt zetten. Het zijn moeilijke omstandigheden: vaak donker, soms droog, en dat maakt het allemaal wat lastiger. Het beperkt de keuze, en het is een vraag die vaak naar voren komt. Waarom ik nu juist met die vraag bezig ben, is omdat we in onze tuin verschillende stukken hebben waar grote bomen staan. [Read more…]
Planten Doen Hun Eigen Goesting
Goed ontwerpen is cruciaal in permacultuur en natuurlijk tuinieren. Permacultuur is trouwens een ontwerpsysteem, en je kunt er waanzinnig veel tijd in steken om je tuin perfect te ontwerpen. Maar zodra de theorie ophoudt en de praktijk begint, merk je vaak dat de natuur wisselvallig is, zijn eigen ding doet en behoorlijk eigenzinnig kan zijn. [Read more…]
Zorgt Mulchen Voor Gebrekkige Groei Van Je Planten?
In de vorige podcast heb ik het gehad over bemesten en hoe dat absoluut niet nodig is in een natuurlijke moestuin. Ik legde uit hoe je door organisch materiaal in de bodem te brengen voldoende voedingsstoffen voorziet voor je planten. Een gerelateerde vraag die regelmatig naar voren komt, is hoe het nu precies zit met mulchen en stikstoftekorten. Daar wil ik in deze podcast wat uitgebreider op ingaan.
Mulchen en stikstoftekorten: een veelgehoorde zorg
Vaak wordt gevraagd of verteld, of heeft men ergens gelezen, dat mulchen problemen kan geven met het stikstofaanbod. Het idee is dat door het aanbrengen van organisch materiaal, er een stikstoftekort kan ontstaan, waardoor je planten niet meer goed groeien en je geen goede opbrengsten meer krijgt. Maar klopt dit wel? Volgens mij valt dat reuze mee.
Wanneer je organisch materiaal op je bodem brengt, of dat nu bruin of groen materiaal is, stikstofrijk of stikstofarm, maakt eigenlijk niet zo veel uit. Dit materiaal komt in contact met de bodem, en het bodemleven gaat ermee aan de slag. Het verteert het materiaal, en bij dat verteren komen allerlei voedingsstoffen vrij, waaronder koolstof en stikstof. Deze voedingsstoffen worden gedeeltelijk vrijgegeven voor je planten.
Wat er kan gebeuren, is dat het bodemleven merkt dat er veel voedsel beschikbaar is. Het gaat zich dan spontaan vermenigvuldigen. De omstandigheden zijn ideaal, dus het bodemleven breidt zich sterk uit. Om dit te doen, heeft het uiteraard ook voedingsstoffen nodig, en koolstof en stikstof spelen hierbij een cruciale rol. Het bodemleven neemt deze stoffen op in een bepaalde verhouding: voor elke 25 delen koolstof is ongeveer 1 deel stikstof nodig. Dit is een gemiddelde verhouding, die natuurlijk een beetje kan schommelen.
Stikstofrijk versus stikstofarm materiaal
Als je stikstofrijk materiaal, zoals groen materiaal, op de bodem legt, wordt relatief gezien meer stikstof vrijgegeven en minder koolstof. Het bodemleven merkt dan dat er een overvloed aan stikstof is, maar dat koolstof de beperkende factor wordt. Hierdoor blijft er vaak stikstof over die beschikbaar is voor planten.
Andersom, als je bruin materiaal zoals blad, houtsnippers of stro gebruikt, bevat dit veel meer koolstof dan stikstof. Wanneer dit materiaal wordt afgebroken, komt er een overvloed aan koolstof vrij, maar is er een tekort aan stikstof. Het bodemleven heeft dan niet genoeg stikstof om zich op te bouwen en zal dit actief in de bodem gaan zoeken. Hierdoor wordt alle vrijgekomen stikstof gebruikt voor de opbouw van het bodemleven, en blijft er weinig tot niets over voor je planten. Dit is waar het idee van stikstoftekorten vandaan komt.
Mulchen versus onderwerken
Echter, dit probleem doet zich vooral voor als je organisch materiaal onderwerkt, dus in de bodem stopt. Als je mulcht, leg je het materiaal simpelweg op de bodem. Hierdoor ontstaat er een contactzone tussen de bodem en het mulchmateriaal, meestal slechts een centimeter of twee dik. In deze zone is het bodemleven zeer actief en vermenigvuldigt het zich explosief. Als je bruin materiaal gebruikt, kan het zijn dat in deze bovenste laag alle stikstof wordt vastgelegd. Maar de wortels van je planten gaan veel dieper, waar ze voldoende voedingsstoffen vinden. Het fenomeen van stikstofvastlegging speelt dus vooral in de bovenste centimeter en heeft weinig effect op de plantengroei.
Waarom dit verhaal dan toch de ronde doet, snap ik niet goed. Het is slechts een fijne overgangszone waarin eventueel problemen kunnen optreden, en dat vooral in het begin, als je net start met mulchen. Dan moet je bodemleven zich nog aanpassen aan het nieuwe systeem. Na enkele maanden is deze bovenste laag echter verzadigd met bodemleven. Het kan niet meer uitbreiden, en het evenwicht is bereikt. Wanneer bacteriën, schimmels en andere organismen afsterven, komen de voedingsstoffen die ze bevatten weer vrij voor je planten. Dus als er al een probleem is, is dit slechts tijdelijk en beperkt tot de bovenste centimeter.
Problemen bij zaaien?
Een mogelijke uitzondering is wanneer je zaait. Normaal gesproken maak je een zaaigeul, en de wortels van de kiemplantjes gaan snel de diepte in. Wij hebben bijvoorbeeld nooit problemen gemerkt met stikstoftekorten bij het zaaien. Het probleem doet zich vooral voor als je organisch materiaal onderwerkt, bijvoorbeeld door te spitten. Als je mest of een groenbemester in de bodem werkt, verspreid je het organisch materiaal over een veel groter gebied, vaak tot wel 20 centimeter diep. Hierdoor wordt het bodemleven over een grotere zone geactiveerd, en kan het stikstoftekort zich over een groter gebied voordoen.
Dit is vooral het geval als je bruin materiaal, zoals blad, houtsnippers of stro, onderwerkt. Het bodemleven heeft dan een tekort aan stikstof om zich op te bouwen en zal alle beschikbare stikstof in de bodem gebruiken, waardoor er weinig overblijft voor je planten. Dit is waar het verhaal van stikstoftekorten vandaan komt, maar het geldt dus vooral als je organisch materiaal onderwerkt, niet als je mulcht.
Onze ervaring met houtsnippers
Wat ik wel moet toegeven, is dat wij in een specifiek geval wel wat problemen hebben gehad. Op een plek waar we al acht à negen jaar houtsnippers gebruiken als mulch, merkten we in het begin dat bladgroenten wat slechter groeiden. Ze bleven kleiner dan in de rest van de tuin, terwijl andere planten, zoals tomaten en courgettes, juist heel goed gedijden. Dit probleem is inmiddels verdwenen, maar het duurde een paar jaar voordat het evenwicht was bereikt.
Wat hier mogelijk speelde, is dat houtsnippers een veel hogere verhouding van koolstof ten opzichte van stikstof hebben. Hierdoor duurde het langer voordat het bodemleven in evenwicht kwam, en was de overgangszone waar stikstof werd vastgelegd mogelijk wat groter dan de gebruikelijke bovenste centimeter. Dit kan verklaren waarom we de eerste jaren wat moeizame groei zagen bij bladgroenten.
Conclusie: mulchen is de oplossing, niet het probleem
Als je mulcht met organisch materiaal zoals blad, gras of andere plantenresten, hoef je je geen zorgen te maken over stikstoftekorten. Dit probleem doet zich vooral voor als je organisch materiaal onderwerkt, vooral bruin materiaal zoals houtsnippers of stro. Mulchen daarentegen is een uitstekende manier om je bodem gezond te houden zonder stikstoftekorten te veroorzaken. Het enige wat je nodig hebt is wat geduld, vooral als je net begint. Na enkele maanden is het evenwicht bereikt, en heb je een gezonde, productieve tuin zonder extra bemesting.
Dus, kort samengevat: mulchen is de manier om je bodem gezond te houden, en stikstoftekorten zijn zelden een probleem als je het op de juiste manier aanpakt. Laat de natuur haar werk doen, en je zult zien dat je tuin floreert zonder dat je je zorgen hoeft te maken over bemesting of stikstoftekorten.
Wat je hierboven leest, is een transcriptie van de podcast. Deze tekst bevat de hoofdpunten van de opname, maar is altijd beknopter dan het origineel. Wil je het volledige verhaal, met alle details, dan kan je best de opname bovenaan beluisteren!
Wil je het in je auto, tijdens het sporten of tuinieren beluisteren, dan is het misschien handig om dit via mijn Spotify-kanaal te doen: Je Eigen Perfecte Tuin
Is Bemesting Noodzakelijk in een Natuurlijke Tuin?
In de podcast van deze week wil ik het graag hebben over meststoffen, oftewel bemesten in de tuin. Het is een onderwerp dat vaak wordt aangeraden en door velen als noodzakelijk wordt beschouwd. Zodra je een tuincentrum binnenstapt, word je overspoeld met allerlei soorten meststoffen, in verschillende vormen en voor uiteenlopende toepassingen. [Read more…]
Hoe Vertaal Je De Natuurlijke Golfbeweging Naar Je Tuin?
Vandaag wil ik het graag hebben over rechte lijnen en golven in de tuin. In een klassieke moestuin zie je vaak veel rechte lijnen: bij de groenten, de hagen en de paden. Toch is dat niet natuurlijk. In de natuur zie je juist veel golven en organische bewegingen, terwijl rechte lijnen er nauwelijks voorkomen. Hoe je deze golven kan integreren in je tuin, wil ik graag bespreken.
Rechte lijnen in de natuur
Zoals gezegd, rechte lijnen bestaan eigenlijk niet in de natuur. In klassieke moestuinen daarentegen zie je vaak alleen maar rechte lijnen. De groenten staan keurig op rechte rijtjes en de paden ertussen zijn eveneens strak recht. We hebben vaak het idee dat rechte lijnen efficiënter zijn, omdat ze de kortste afstand bieden. Dat zie je niet alleen in moestuinen, maar ook in infrastructuur zoals wegen en waterwegen.
Bij het aanleggen van kanalen en rivieren kiest men vaak voor strakke, rechte lijnen met weinig bochten. Dit is economisch gezien voordelig, maar in de natuur heeft het eigenlijk alleen nadelen. In de natuur kom je bijna nooit rechte lijnen tegen. Het lijkt soms zo, maar als je goed kijkt, zie je dat zelfs rechte elementen vaak een golvende structuur hebben.
Bomen en rivieren
Neem bijvoorbeeld een boomstam. Van een afstand lijkt deze recht, maar als je dichterbij kijkt, zie je vaak bobbels, kloven in de schors of andere onregelmatigheden. Hetzelfde geldt voor rivieren. In het begin lijken ze recht, maar na verloop van tijd ontstaan er bochten door obstakels, verschillen in stroomsnelheid of andere factoren. Hierdoor begint een rivier te meanderen en verlengt de lijn zich.
Wij kiezen vaak de kortste weg tussen twee punten, omdat dit praktisch en snel is. Dat merk je ook in ons dagelijks leven. Als we ergens naartoe willen, geven we in de GPS vaak de snelste route in, zonder omwegen. Dat is logisch en past bij onze focus op tijd en efficiëntie.
De natuur heeft echter andere prioriteiten. Het doel is niet om van punt A naar punt B te komen, maar om zoveel mogelijk leven te creëren en bronnen optimaal te benutten. Dit gebeurt door rekening te houden met meerdere aspecten tegelijk. Denk aan het creëren van extra oppervlakte, ecosystemen en biodiversiteit. Golven en bochten zijn hiervoor ideaal en zie je dan ook overal in de natuur terug.
Paden
Maar hoe kun je deze golven toepassen in je tuin? Dat is zeker niet altijd eenvoudig. Een goed voorbeeld zijn kronkelende paden. Een kronkelend pad is langer dan een recht pad, wat betekent dat er meer ruimte langs de rand ontstaat voor planten. Planten die je vaak oogst of graag dichtbij hebt, zoals fruit, kunnen langs zulke paden een ideale plek vinden.
Toch moet je rekening houden met de praktische kant. Als je bijvoorbeeld vaak naar de achterkant van je tuin moet voor het tuinhuis, de composthoop of de kippen, kan een recht pad efficiënter zijn. Functionaliteit en efficiëntie moeten in balans zijn met esthetiek en ecologie.
Planten en zaaien op golven
In onze tuin hebben we golven geïntegreerd in de bedden. Onze zaai- en plantlijnen zijn geen rechte lijnen, maar kronkelende patronen. Dit zorgt niet alleen voor meer variatie, maar ook voor een meer natuurlijke uitstraling en betere benutting van de ruimte.
Golven in de tuin hebben dus veel voordelen. Ze bieden meer mogelijkheden voor beplanting en bevorderen biodiversiteit. Maar zoals altijd is het een kwestie van wikken en wegen wat voor jou het beste werkt. Een organische tuin met kronkelende paden en golvende lijnen kan veel toevoegen aan je tuinervaring, zowel praktisch als esthetisch.
Dat is voor veel mensen al een grote stap. Een belangrijke factor daarin, toch voor ons alleszins, was dat je meer chaos creëert. Dat past heel goed in onze manier van combineren.
1. Meer opbrengst
Maar een simpel feit, zoals ik al herhaaldelijk heb gezegd: de kortste afstand tussen twee punten is een rechte lijn. Als je daar een golf van maakt, dan wordt die lijn langer, en zo krijg je meer oppervlakte of meer ruimte om planten te zetten.
Met het effect dat je op een bed ongeveer dertig procent meer oppervlakte hebt om je groenten op te kweken. Omdat een kronkelende lijn langer is dan een rechte lijn, kun je meer groenten zaaien en planten, en dus ook meer oogsten. Een bijkomend voordeel is dat je in de holtes van die golven extra teelt kunt plaatsen.
Het klinkt misschien vreemd als ik vertel dat je op dezelfde oppervlakte dertig procent meer kunt kweken door golven te gebruiken, maar het is echt zo. Je kunt het zelf testen: meet de lengte van een rechte lijn en vervolgens van een golvende lijn. Je zult merken dat de golf altijd langer is, afhankelijk van de lengte van je bed. Zo krijg je automatisch meer ruimte om groenten te kweken.
Ik moet wel zeggen dat wij een beetje vals spelen, omdat je door golvende lijnen soms met het kop van een golf dicht bij de rand van een bed komt. Daardoor houd je weinig afstand tot de rand en gebruik je het pad een beetje als bed. Veel groenten hangen over en nemen een deel van het pad in met hun bladgewas, waardoor de bedbreedte effectief groter wordt. Maar dat is geen probleem. Wij hebben brede paden, en anders is die ruimte toch verloren.
In de zomer groeien onze paden daardoor bijna dicht, en kun je er met een kruiwagen niet door. Soms moet je laveren om het einde van een bed te bereiken. Maar dat is tijdelijk. Het grootste deel van het jaar zijn de paden goed bereikbaar en kun je overal makkelijk door.
Dit alles zorgt ervoor dat je op dezelfde oppervlakte veel meer kunt kweken. Dat is al een groot voordeel: ongeveer 30 procent meer opbrengst. Een tweede voordeel, dat ik eerder al noemde, is dat het goed past bij onze manier van combineren.
2. Meer chaos
Wij combineren door zoveel mogelijk chaos te creëren in de tuin, maar wel met een plan. Het is herhaalbaar en overzichtelijk genoeg om te weten waar je groenten staan en wat je kweekt. Rechte lijnen zijn hierin eenvoudig: ze laten duidelijk zien wat waar staat. Onze ogen volgen rechte lijnen makkelijk.
Met golven is dat anders. Je blikveld kruist verschillende golven en toont meerdere soorten groenten tegelijk. Dat kan snel onduidelijk worden, zeker als je niet weet dat de groenten in golven staan. Voor veel mensen lijkt dat chaotisch.
Die chaos heeft voordelen. Plaaginsecten raken sneller in de war, wat minder overlast geeft. Maar het is ook wennen. Als je niet gewend bent aan zo’n opzet of er niet open voor staat, kan het ingewikkeld worden. Het vraagt een andere manier van kijken en werken in je tuin. Toch heeft het echt veel voordelen.
3. Meer natuur
Een derde voordeel is het natuurlijke uiterlijk van je tuin. Als je in de natuur wandelt, een alpenweide of bloemenweide ziet, of geniet van natuurlijke schoonheid, zie je nooit keurige rijen klaprozen naast rijen gras of andere bloemen. Alles staat door elkaar, organisch en chaotisch, zonder een strak patroon.
In onze tuin proberen we dat na te bootsen, maar met structuur. Die structuur zit in de golvende lijnen. Als je van een afstand naar je tuin kijkt, lijkt het natuurlijker, gemengder en diverser. Het oogt niet steriel, zoals rechte rijen vaak doen, waar bloemen moeilijk te integreren zijn.
Persoonlijk vind ik dat een enorm voordeel. Je tuin krijgt een totaal andere uitstraling. Het voelt minder alsof je in een moestuin werkt, en meer alsof je in een natuurlijke omgeving bent. Dat maakt het aangenamer om tijd door te brengen in je tuin. Het geeft een ontspannen gevoel in plaats van het idee dat je hard moet werken om groenten te kweken.
Dat is voor mij een van de belangrijkste redenen om golven in je tuin te integreren. Naast het combineren van gewassen kun je golven ook gebruiken in hagen.
Hagen golven op 2 manieren
Dan bedoel ik niet dat je je haag in een golfvorm moet planten, maar wel dat je die een beetje anders kan scheren. In plaats van de zijkant heel strak te snoeien, kun je daar een golvende lijn integreren. Je kunt ervoor zorgen dat je op sommige plaatsen de haag wat breder en wilder laat groeien. Zo ontstaan plekken waar bloemen en bessen kunnen groeien, of waar vogels en andere dieren zich kunnen ophouden, nesten bouwen of overwinteren. Op die manier kun je meer samenwerken met de natuur en diverse soorten integreren in je tuin.
Dit geldt niet alleen voor de breedte, maar ook voor de hoogte. Het is namelijk belangrijk, of kan belangrijk zijn, om ook in de hoogte een golf te creëren. Door grotere bomen of struiken in je haag te integreren of door de hoogte te variëren bij het snoeien, krijg je veel voordelen. Het resultaat is een gevarieerder habitat voor verschillende soorten dieren.
Sommige dieren houden van een zonnige plek. Bij een strak geschoren haag is dat mogelijk, maar met een golvende haag ontstaan zowel zonnige als schaduwrijke plekken. Hierdoor creëer je allerlei kleine microklimaten. Daarnaast levert een haag die minder strak gesnoeid wordt vaak voedselbronnen op, zoals bessen en bloemen. Dit maakt je tuin aantrekkelijker voor dieren en helpt je een ecologisch evenwicht te creëren.
Een golvende haag biedt ook voordelen bij windbescherming. Strak gesnoeide hagen kunnen bij stevige wind valwinden veroorzaken, wat schadelijk kan zijn voor je planten. Planten kunnen worden omgewaaid en beschadigd. Een haag met een golfvorm breekt de wind en stuurt deze omhoog, waardoor de impact op je tuin vermindert. Dit voordeel is vooral merkbaar in grotere tuinen met houtkanten of brede hagen. In kleinere tuinen, waar de haag niet al te groot kan worden, is het vaak iets lastiger. Hier kun je kiezen om in de breedte een golfvorm toe te passen, zodat je toch variatie in habitat en verblijfplaatsen kunt creëren.
Golven maken een verschil
Er zijn natuurlijk nog veel meer voordelen en toepassingen voor golfvormen. Als je ideeën of voorbeelden hebt, kun je deze delen op mijn blog. Zo kunnen anderen er ook inspiratie uit halen. Maar ik begrijp dat het niet altijd eenvoudig is. Soms moet je zoeken naar de juiste aanpak en afwegen wat voor jou belangrijk is.
Dit soort keuzes maken is altijd een balans. Toch zijn er manieren om aanzienlijke voordelen te behalen. Zeker wat betreft het combineren van functies, hebben golfvormen in onze tuin een groot verschil gemaakt. En dan heb ik het nog niet eens over het visuele aspect. Een tuin met golvende lijnen ziet er totaal anders uit. Het heeft een natuurlijke, speelse uitstraling die ik persoonlijk ontzettend belangrijk vind.
Karton, Kan Je Dat Te Veel Gebruiken In De Tuin?
Een tijdje geleden kreeg ik via e-mail de vraag of ik iets wist over het gebruik van karton in de tuin. Iemand had deze persoon verteld dat karton wel goed was en dat de wormen er dol op waren. In deze podcast wil ik graag mijn visie op het gebruik van karton delen.
Ik begin met een beetje achtergrondinformatie over de geschiedenis van karton in de tuin. Hoe hebben we karton gebruikt en hoe kijk ik daar tegenwoordig tegenaan? Voordat je karton in de tuin gebruikt, denk ik dat het belangrijk is om eerst goed te overwegen waarom je het zou willen inzetten.
Karton sluit af van licht
Karton wordt vaak gebruikt om de bodem af te sluiten van licht. Dit is een slimme zet, omdat planten alleen groeien als ze licht krijgen, en zaden kunnen alleen kiemen als ze licht ontvangen. Als je het licht afsluit, zullen veel onkruiden zichzelf doodgroeien. Onkruid gebruikt de energie in de wortels of de plant om naar licht te zoeken. Ze proberen zich zo ver mogelijk uit te rekken, maar als je de bodem goed afdekt, kunnen ze die zoektocht niet voortzetten en zullen ze uiteindelijk sterven. Zaden van onkruiden kunnen ook niet kiemen zonder licht.
Er is echter een uitzondering die je misschien al in je tuin hebt opgemerkt: kleefkruid. Dit onkruid heeft juist de neiging om goed te kiemen wanneer je de bodem afdekt met karton of mulch. Dit is echter een uitzondering. Bijna alle andere onkruiden hebben het moeilijk onder een afdekking en al helemaal onder karton. Daarom is karton een handig hulpmiddel als je onkruid wilt voorkomen.
Er zijn echter ook wortelonkruiden die niet zo gemakkelijk opgeven onder karton. Deze planten hebben vaak veel reserves en kunnen daardoor lang doorgroeien. Ze kunnen zich door het karton heen wringen of er langs de zijkanten uitkomen. In sommige gevallen blijven ze doorgroeien tot het karton zacht genoeg is om door te breken. Toch blijft karton heel effectief voor het voorkomen van kiemend onkruid, vooral bij eenjarigen. Bij meerjarige planten werkt het minder goed, maar karton put deze planten wel behoorlijk uit. Ze zullen minder goed geworteld raken, waardoor ze later makkelijker te verwijderen zijn.
Theorie en praktijk
In theorie is dit de reden waarom we karton gebruiken. Het is echter belangrijk om karton niet zomaar toe te passen. Als je een natuurlijke moestuin wilt beginnen, of een moestuin in het algemeen, en je hebt te maken met veel onkruid, is het belangrijk om eerst het type onkruid te bekijken. Als er weinig onkruid is, kun je het beter handmatig verwijderen. Daarna kun je gewoon een mulchlaag aanleggen en jezelf de moeite van karton besparen.
Als er wel veel onkruid staat, maar het gaat om eenjarige planten, dan hoef je ook geen karton te gebruiken. Deze onkruiden sterven immers in de herfst vanzelf af. Als je er daarna een mulchlaag overheen legt, krijgt het zaad op de bodem geen kans om te kiemen. Er zal af en toe wat opkomen, maar dat blijft beperkt en kun je makkelijk weghalen. Op deze manier kun je eenvoudig starten en je tuin opruimen zonder dat je karton nodig hebt.
In gevallen waar je veel meerjarig onkruid hebt, zoals wortelonkruiden, brandnetels, bramen, zevenblad of boterbloemen, kan karton wel nuttig zijn. Toch is het belangrijk om goed na te denken over wat je precies wilt bereiken. Als je snel wilt starten, kun je overwegen om een keer te spitten of een freesmachine te gebruiken om de bodem alvast los te maken. Als je kiest voor karton, moet je wel weten dat je de bodem minimaal zes tot zeven maanden moet afdekken. Dit zorgt ervoor dat de onkruiden uitgeput raken of sterk verzwakken. Karton werkt niet als je twee maanden later de bodem kaal wilt hebben om te planten en zaaien. Dit proces heeft tijd nodig.
Karton is een langzame manier
Normaal gesproken adviseren we om karton in de zomer te gebruiken. Tegen de tijd dat het najaar nadert, bijvoorbeeld in november, is het karton vaak grotendeels verteerd. Op dat moment kunnen er nog steeds onkruiden opkomen. Je zult dan opnieuw met karton moeten afdekken. In het voorjaar, zeven of acht maanden later, zou je een redelijk schone bodem moeten hebben. Er kunnen hier en daar nog wat onkruiden opkomen, maar die zijn meestal makkelijk te verwijderen.
Het gebruik van karton kost tijd en vergt wel wat werk. Daarnaast moet je ook karton verzamelen. Tegenwoordig is dat niet altijd makkelijk, vooral omdat veel bedrijven het karton tegenwoordig laten ophalen of er geld voor krijgen, omdat het vaak gerecycled wordt. Toen wij 25 jaar geleden begonnen, was het makkelijker om karton te krijgen, maar het is nog steeds mogelijk om het te verzamelen. Begin dus niet zomaar met karton zonder goed na te denken over de fase en de omstandigheden waarin je het gebruikt.
Frezen of spitten?
Toen wij onze tuin begonnen, was het terrein overwoekerd met veel meerjarig onkruid en was de bodem erg slecht. Er was nauwelijks bodemleven aanwezig. In zo’n geval kun je ervoor kiezen om de bodem een laatste keer te bewerken. Dit heeft nauwelijks invloed op het bodemvoedselweb of de structuur, omdat die bijna niet aanwezig waren. Als je echter een stuk grond hebt dat al jaren bewerkt is of een tuin die braak ligt, dan is er waarschijnlijk al een goed ontwikkeld bodemvoedselweb en een betere bodemstructuur. In dat geval zou het zonde zijn om deze structuur te verstoren met een bodembewerking. Het blijft je eigen keuze om dat wel of niet te doen.
Als de bodem slecht is, kun je besluiten om de bodem nogmaals te bewerken, bijvoorbeeld door te spitten of te frezen, om zo een goede start te maken. Vanaf dat moment kun je mulchen en hoef je geen bodembewerking meer uit te voeren. Het is altijd een kwestie van afwegen wat het beste is voor jouw specifieke situatie.
Wij hebben in het begin inderdaad gekozen voor frezen, omdat we een zeer slechte bodem hadden. Bij stukken waar we later mee begonnen, die al jarenlang met rust waren gelaten en waar organisch materiaal en bodemleven zich al hadden ontwikkeld, hebben we ervoor gekozen om karton te gebruiken. Dit karton legden we op de grond, bedekt met een mulchlaag, en gaven het de tijd om het onkruid onder de afdekking uit te putten. Dit zorgde ervoor dat veel van het onkruid verdween, wat ons later aanzienlijk minder werk opleverde.
Karton enkel in beginfase
Wat wel belangrijk is, denk ik, is dat we karton alleen in het begin hebben gebruikt. Het is niet de bedoeling om elk jaar opnieuw karton te gebruiken, omdat er toch wel wat bedenkingen zijn bij het gebruik van karton op lange termijn. In het begin besteedden we daar niet veel aandacht aan, maar naarmate we langer bezig waren en meer informatie verzamelden, gingen we toch nadenken of de voordelen van karton echt opwegen tegen de nadelen.
Alle karton?
Wij hebben altijd ervoor gekozen om alleen bruin karton te gebruiken, dus karton zonder verf of coatings. Soms zie je wel beplakte dozen met een coating erop, maar die kun je beter vermijden. Deze bevatten vaak plastic materialen, lijmresten, en dergelijke, wat niet ideaal is voor je tuin. Dit soort materialen blijven achter in de bodem, wat uiteindelijk schadelijk kan zijn. Ook karton met gekleurde opdrukken is beter te vermijden. Zorg er ook altijd voor dat je alle stickers, nietjes en andere materialen van het karton verwijdert, zodat je alleen met puur karton werkt.
Wat wij altijd gebruikten, waren bruine golfkartons die vaak worden gebruikt als verpakkingsmateriaal. Denk hierbij aan karton van bijvoorbeeld fietsenwinkels, meubelzaken of IKEA-materialen. Deze grote, eenvoudige golfkartons zijn ideaal omdat ze meteen grote oppervlakken kunnen bedekken. Ze zijn redelijk makkelijk te vinden en naar mijn mening de beste keuze als het om karton gaat. De inkt die vaak op dit soort karton staat, is meestal zwarte inkt die wordt gebruikt voor simpele gegevens of instructies. Volgens mijn informatie is deze inkt op soja-basis en lost deze gewoon op in de bodem, waardoor het geen probleem vormt.
De lijm die gebruikt wordt om de verschillende lagen karton aan elkaar te houden, is vaak zetmeel. Dit is eveneens geen probleem, omdat het snel oplost en eenvoudig afbreekt in de natuur. Als je karton op je bodem legt en het regent, merk je vaak dat de verschillende lagen van het karton gemakkelijk uit elkaar te trekken zijn. Dit komt omdat het zetmeel in contact met water oplost. Zolang je simpel, bruin karton gebruikt, kun je redelijk zeker zijn dat er geen problemen zijn met de opdruk of de lijm.
Hoe wordt karton gemaakt?
Maar natuurlijk blijft de vraag waar dat karton precies vandaan komt en van wat het precies gemaakt is. Veel karton komt uit gerecycled papier, en dat proces is niet altijd even zuiver. Gerecycled papier kan bijvoorbeeld reclamefolders bevatten, die vaak dun papier bevatten en veel drukinkt gebruiken. In sommige moderne drukinkten zitten zware metalen die niet ideaal zijn voor de bodem. Daarnaast kunnen er andere soorten lijm of toevoegingen in zitten, zoals plastic vensters in enveloppen. Hoewel dit soort materialen steeds minder voorkomen, blijft het een risico.
Het is dus altijd de vraag hoeveel verontreinigingen er precies in het karton zitten dat je gebruikt. Denk aan zware metalen, plasticrestjes of microplastics, die tegenwoordig een groot probleem vormen. Het is onmogelijk om precies te weten hoeveel van deze stoffen in het karton aanwezig zijn. Er werd destijds wel gesuggereerd om het karton te laten testen, maar dat bleek lastig en kostbaar. Het probleem is dat het basismateriaal van karton per producent en productielijn verschilt. Het testen van het ene karton zegt dus niet veel over het andere karton. Daarnaast was het testen destijds erg duur, dus we hebben dat toen niet gedaan.
Ik sprak in die tijd wel met iemand die in een kartonfabriek werkte. Hij vertelde me dat er bij de productie veel water wordt gebruikt en het karton flink wordt gezeefd om verontreinigingen eruit te filteren. Er worden ook chemische producten gebruikt om metalen en andere vervuilende stoffen te verwijderen. Dit betekent dat je redelijk zeker kunt zijn dat het karton dat je gebruikt vrij van schadelijke stoffen is.
Overal strenge normen?
In Europa en andere westerse landen zijn er strikte normen voor de productie van karton. Dit karton moet aan bepaalde eisen voldoen, zodat je redelijk zeker kunt zijn dat het veilig is om te gebruiken. Maar veel karton dat we tegenwoordig gebruiken, komt uit andere delen van de wereld, zoals China of andere Aziatische landen. Denk bijvoorbeeld aan karton van producten als fietsen, elektrotoestellen of meubels. De regels voor kartonproductie in deze landen zijn vaak minder streng, wat het risico op verontreinigingen vergroot.
Veel producten die wij kopen worden niet in het Westen geproduceerd, maar in Azië. Neem bijvoorbeeld fietsen. Die worden vaak in China gemaakt, en het karton dat hier wordt gebruikt, is dan afkomstig van daar.
Hetzelfde geldt voor allerlei soorten elektrotoestellen, zoals diepvriezers, koelkasten en vaatwasmachines. Deze apparaten worden altijd verpakt in grote kartonnen dozen, die ideaal zijn voor tuinprojecten. Maar ook deze kartonnen verpakkingen komen vaak uit Azië. Denk ook aan meubels van IKEA of andere producten die we in België kopen, maar die vaak afkomstig zijn uit het Verre Oosten. De regelgeving daar is vermoedelijk anders dan hier, en dat kan betekenen dat er stoffen overblijven in het karton die hier niet toegestaan zijn.
Om die reden hebben wij altijd met enige voorzichtigheid karton gebruikt. Ons advies over het gebruik van karton is door de jaren heen zelfs voorzichtiger geworden. Het is moeilijk om met zekerheid te zeggen wat er precies in karton zit, en dat is belangrijk als je een natuurlijke tuin wilt starten of groenten wilt kweken die gezond moeten zijn. Daarom raden wij aan om kritisch te blijven en alleen karton te gebruiken als het echt noodzakelijk is. Als het gaat om eenjarigen of een klein beetje onkruid, dan is het gebruik van karton vaak niet nodig.
Als je toch karton wilt gebruiken, doe dit dan met mate. Gebruik het niet jaar na jaar, maar hoogstens één of twee keer in de opstartfase. Gebruik het ook niet als je al groenten kweekt. Het gebruik van karton is vooral nuttig bij de start van je tuin, maar daarna kun je zonder karton verder gaan met tuinieren.
Relatief
Het is natuurlijk ook zo dat je slechts een beperkte hoeveelheid karton gebruikt. Veel van de verontreinigende stoffen, zoals zware metalen of organische stoffen, worden in de bodem afgebroken of vastgelegd, waardoor het risico op schade aan de bodem of je planten niet groot is. Toch blijft er altijd een klein risico, simpelweg omdat we het niet met zekerheid weten. Daarom raad ik aan om karton alleen in de opstartfase en met mate te gebruiken, wanneer het echt nodig is.
Ik vind het gebruik van karton in die gevallen verantwoord, omdat het veel tijd kan besparen. Het is namelijk erg lastig om een stuk grond waar meerjarig onkruid groeit op te kuisen, vooral als je niet wilt spitten en je al een goede bodemstructuur hebt. Stel je voor dat je lang op een stuk grond hebt getuinierd, maar het daarna enkele jaren hebt verwaarloosd, waardoor er veel meerjarig onkruid is gegroeid. Spitten of frezen zou in dat geval zonde zijn, omdat je het opgebouwde bodemleven daarmee zou verstoren.
In zo’n situatie vind ik het verantwoord om karton te gebruiken. Doe dit dan aan het begin van je project, één of twee keer, en zorg ervoor dat je daarna intensief mulcht. Zo voorkom je dat onkruid weer terugkomt. Onderhoud je tuin goed, zodat je het gebruik van karton daarna niet meer nodig hebt.
Tegenwoordig proberen wij karton nauwelijks nog te gebruiken. Af en toe komt het voor, bijvoorbeeld op plekken die overwoekerd zijn of waar de grond lange tijd zijn eigen gang heeft kunnen gaan en volledig overgroeid is.
Als we een nieuw stuk grond willen uitbreiden, gebruiken we bij het ontginnen nog wel eens karton. Maar dat is altijd tijdelijk. In het begin leggen we een dikke mulchlaag op het karton en halen we het onkruid dat later eventueel opkomt met de hand weg. Op deze manier blijft ons kartongebruik minimaal, terwijl het toch effectief en zinvol blijft.
Oorspronkelijke vraag
Om terug te komen op de vraag waarmee dit allemaal begon: iemand vroeg me of wormen dol zijn op karton. Dat klopt. Het uitgangsmateriaal van karton bestaat uit houtvezels en papier, wat ideaal voedsel is voor regenwormen. Het is organisch materiaal dat regenwormen eenvoudig kunnen opnemen. Je stimuleert met karton dus zeker de groei van regenwormen. Maar je kunt regenwormen net zo goed aantrekken met andere materialen, zoals bladeren of houtsnippers. Karton versnipperen en als mulch gebruiken, alleen omdat wormen het graag hebben, vind ik minder verstandig. Andere organische materialen hebben hetzelfde effect, misschien iets minder snel, maar ze zijn beter voor het bodemleven en de regenwormen.
Als je bijvoorbeeld met een dikke laag mulch werkt, zul je merken dat er vanzelf regenwormen onder komen die het materiaal verwerken en omzetten. Dus als je regenwormen wilt aantrekken, kan dat met karton, maar ik denk dat er betere manieren zijn. Mijn voorkeur gaat uit naar ander organisch materiaal. Karton is voor mij eigenlijk een laatste optie.
Conclusie
Kortom, omdat er toch nog wat vraagtekens zijn bij karton, is het verstandig om er voorzichtig mee om te gaan. Als je niet zeker weet wat de samenstelling van karton is, kijk dan altijd kritisch of de voordelen groot genoeg zijn om eventuele nadelen te compenseren.
Combineren Is De Basis Van Plaagbestrijding
In de winter is er meestal weinig werk in de tuin. Misschien kun je wat onderhoudswerkzaamheden uitvoeren, maar gezien de vele regenval van de afgelopen weken en maanden is het waarschijnlijk beter om niet te veel op de bodem te lopen. Dat is namelijk niet goed voor de structuur. Wat je in deze periode wel kunt doen, is een teeltplan maken en daarna je zaden bestellen.