Voedselbossen en plantengildes, het zijn twee termen die hand in hand gaan, maar het zijn ook twee termen waar ik veel twijfels over heb.
Om te beginnen is de droom van een voedselbos heel aanlokkelijk. Maar of het doenbaar is in onze streken is een grote vraag. Hierover heb ik in mijn blog vroeger al mijn mening neergepend. Maar ook het gebruiken van plantengildes is volgens mij niet zo evident als het dikwijls wordt voorgesteld.
In boeken en op internet worden er hele lijsten opgesteld van planten die elkaar ‘graag mogen’ of die elkaar juist niet graag zien. Maar op basis waarvan worden deze lijsten gemaakt? Wie bepaalt welke criteria hiervoor belangrijk zijn? Wie heeft deze resultaten ooit nagekeken?