In de blog van deze week wil ik een cruciaal principe van permacultuur bespreken. Het is een concept dat ik persoonlijk enorm belangrijk vind, zeker in een natuurlijke moestuin. Toch merk ik dat veel mensen hier moeite mee hebben. Het klinkt misschien wat vergezocht, maar klein beginnen en een traag tempo aanhouden is essentieel.
Voor wie niet helemaal bekend is met permacultuur: dit is een ontwerpsysteem dat gebaseerd is op verschillende principes. Afhankelijk van de stroming of de persoon die je volgt binnen permacultuur, kunnen de aantallen verschillen. Toch komt alles grotendeels overeen en overlappen de ideeën elkaar. In het systeem dat wij volgen, ontworpen door David Holmgren, zijn er drie ethische principes en twaalf ontwerpprincipes. Het negende principe hiervan luidt: pas kleine en trage oplossingen toe. Dit principe wordt gesymboliseerd door een slak, een duidelijke metafoor voor het idee achter dit principe.
Waarom klein en traag?
Wat zit er achter dit principe? Wel, klein en traag werken is essentieel. Zoals ik al zei, als je naar de natuur kijkt, zie je dat dit principe overal wordt toegepast. Het wordt steeds herhaald, en het vormt een fundamenteel proces dat in de natuur universeel voorkomt. Toch wordt het in de tuinwereld vaak niet genoeg belicht, terwijl het eigenlijk gigantisch veel voordelen heeft. Het is iets dat je echt moet begrijpen om succesvol en duurzaam te kunnen werken.
Neem bijvoorbeeld levende wezens. Wij, mensen, zijn opgebouwd uit cellen. We beginnen ons leven vanuit een paar kleine cellen, zoals je waarschijnlijk wel weet uit de biologieles. Deze cellen delen zich, vermenigvuldigen zich en ontwikkelen zich tot grotere systemen. Zo ontstaat uiteindelijk een heel mens. Wat interessant is, is dat cellen een voorgeprogrammeerde optimale grootte hebben. Ze stoppen met groeien wanneer ze die limiet bereiken. In plaats van groter te worden, delen ze zich en werken samen met andere cellen om een goed functionerend systeem te vormen.
Daarom bestaan wij niet uit één grote cel, maar uit miljarden kleine cellen die samenwerken. Dit maakt ons lichaam flexibel en efficiënt. Dit is ook de reden waarom ongecontroleerde groei, zoals bij kanker, een probleem is. Het negende permacultuurprincipe legt de nadruk op deze optimale schaal en snelheid: niet te groot worden, niet te klein blijven, niet te snel gaan, maar ook niet te traag. Het gaat erom dat je een balans vindt, en dat je groei beheerst en gericht houdt.
De impact van snelheid
Het idee van “klein en traag” staat haaks op wat we gewend zijn in onze huidige maatschappij. Alles moet sneller en groter. Als je tegenwoordig iets bestelt, verwacht je vaak dat het dezelfde dag nog geleverd wordt. Twee weken wachten lijkt onacceptabel. Dit geldt ook voor bedrijven en landbouw: alles wordt steeds grootschaliger, onder het mom dat groter altijd beter is.
Maar in de natuur werkt het anders. Permacultuur benadrukt dat kleinschaligheid en een traag tempo vaak betere resultaten opleveren, zowel op de korte als lange termijn. Denk maar eens aan het starten van een tuin. Het lijkt aantrekkelijk om meteen je hele tuin te bewerken, om alles om te spitten, te beplanten en te zaaien. Dit gaat in het begin misschien goed, maar al snel ontdek je dat het onderhoud overweldigend is. Onkruid groeit, sommige planten doen het niet goed, en de hoeveelheid werk stapelt zich op. Hierdoor raken veel mensen ontmoedigd. Ze beginnen vol enthousiasme, maar geven na een tijdje op, teleurgesteld en soms zelfs verbitterd.
De belangrijkste oorzaak hiervan is dat ze te groot en te snel gestart zijn. Ze hebben meer werk op hun bord genomen dan ze aankunnen. Het resultaat is dat tuinieren, wat een plezierige en rustgevende activiteit zou moeten zijn, juist een bron van stress wordt.
Klein beginnen als oplossing
De oplossing hiervoor is simpel: begin klein. In de cursussen die ik geef, starten we bijvoorbeeld met een paar vierkante meter. Dat lijkt misschien weinig, maar het heeft enorme voordelen. Op een klein stukje grond kun je alles goed doen. Je kunt mulchen met materialen die je in je eigen tuin vindt, de onkruiddruk laag houden en voldoende tijd besteden aan het planten en oogsten. Dit maakt het proces beheersbaar en plezierig.
Als je merkt dat het goed gaat, kun je elk jaar een stukje uitbreiden. Dit is vergelijkbaar met hoe cellen zich in ons lichaam vermenigvuldigen en specialiseren. Je begint klein, perfectioneert het systeem en breidt het vervolgens stap voor stap uit. Dit zorgt ervoor dat je tuin groeit in balans met de tijd en middelen die je beschikbaar hebt.
Ga je te snel, dan zul je merken dat je de controle verliest. Onkruid groeit sneller dan je het kunt bijhouden, en je hebt misschien niet genoeg materiaal om te mulchen. Het resultaat is dat je tuin onoverzichtelijk wordt, wat het plezier in tuinieren wegneemt. Uiteindelijk bestaat de kans dat je opgeeft. Daarom is het zo belangrijk om klein te beginnen en langzaam uit te breiden, totdat je de optimale grootte voor jouw situatie hebt bereikt.
Veranderingen doorvoeren in een bestaande tuin
Dit principe geldt niet alleen voor nieuwe tuinen. Heb je al een grote tuin en wil je deze bijvoorbeeld omvormen tot een natuurlijke moestuin, dan raad ik aan om dit stap voor stap te doen. Ga niet in één keer je hele tuin omgooien. Begin met een klein stukje. Test een nieuw systeem, kijk hoe het werkt, en breid pas uit als je tevreden bent. Dit voorkomt dat je halverwege ontdekt dat het systeem niet goed werkt of dat het niet bij je past. Kleine, geleidelijke veranderingen zijn makkelijker terug te draaien of aan te passen dan grote, rigoureuze aanpassingen.
Dit principe geldt niet alleen voor tuinieren, maar ook voor andere aspecten van het leven. Denk bijvoorbeeld aan diëten of gewoontes veranderen. Het volledig omgooien van je levensstijl is meestal niet effectief. Kleine, stapsgewijze veranderingen werken veel beter. Dit geeft je de kans om aanpassingen te testen, te evalueren en waar nodig bij te sturen.
De natuur als voorbeeld
In de natuur draait alles om geduld en observatie. Planten hebben tijd nodig om te groeien. Tomaten die je in februari zaait, kun je pas in juni oogsten. Een fruitboom kan jaren nodig hebben om vruchten te dragen. Dit trage tempo is eigen aan de natuur en vereist dat je werkt in harmonie met de natuurlijke processen.
De natuur werkt bovendien op een heel ander tijdsschema dan wij gewend zijn. Neem bijvoorbeeld het Himalaya-gebergte. Dit wordt beschouwd als een relatief jong gebergte, maar de groei ervan wordt gemeten in centimeters per jaar. Dit lijkt traag, maar op geologische schaal is het enorm snel. Dit laat zien dat de natuur haar eigen tempo heeft en dat duurzame veranderingen tijd kosten.
De kracht van traagheid en geduld in de tuin
Het belang van traagheid en geduld is ook duidelijk zichtbaar in de tuin. Als je planten overbemest, groeien ze misschien sneller, maar worden ze vaak zwakker. Dit geldt ook voor de bodem. Spitten en frezen lijkt een snelle oplossing, maar het ondermijnt de bodemkwaliteit op de lange termijn. Een gezond bodemvoedselweb opbouwen duurt jaren, maar het biedt duurzame voordelen die andere methoden niet kunnen evenaren.
Als je klein begint en stap voor stap uitbreidt, kun je beter observeren wat werkt en wat niet. Dit geeft je de kans om fouten te corrigeren en je aanpak te verbeteren. Uiteindelijk leidt dit tot een tuin die niet alleen mooi en productief is, maar ook duurzaam en plezierig om in te werken.
Klein en traag als fundament van permacultuur
Het negende permacultuurprincipe – kleine en trage oplossingen toepassen – is geen beperking, maar juist een krachtig hulpmiddel. Het stelt je in staat om veranderingen door te voeren op een manier die duurzaam en beheersbaar is. Door elk jaar kleine stappen te zetten, kun je enorme vooruitgang boeken zonder overweldigd te raken. Het respecteren van het tempo van de natuur is essentieel voor succes.
Of je nu een nieuwe tuin begint of een bestaande tuin wilt aanpassen, het principe blijft hetzelfde: begin klein, observeer wat werkt, en breid langzaam uit. Deze aanpak lijkt misschien uitdagend in een wereld die gericht is op snelheid en directe resultaten, maar het is de sleutel tot langdurig succes. Kijk na vijf jaar terug en je zult versteld staan van wat je bereikt hebt.
Conclusie
Permacultuur leert ons dat klein beginnen en een traag tempo essentieel zijn voor duurzame resultaten. Of je nu een moestuin aanlegt, je levensstijl aanpast of nieuwe systemen uitprobeert: geduld, observatie en stapsgewijze aanpassingen leiden tot succes. Door de lessen van de natuur te volgen, kun je niet alleen genieten van het proces, maar ook betere en duurzamere resultaten bereiken.
Voor tuinieren betekent dit dat je de tijd neemt om je bodem, planten en systemen te leren kennen. Begin met een klein stukje grond, perfectioneer het, en breid langzaam uit. Zo bouw je een tuin op die niet alleen mooi en productief is, maar ook een bron van vreugde en voldoening blijft.
Agnes Betsens says
Bedankt voor deze goede informatie ,ikzelf werk ook zo op die manier , uw suggestie’s bevestigen mijn mening
Vriendelijke groeten
Agnes Betsens
ber creemers says
klein beginnen betekend ook eenvoudig beginnen, niet onmiddellijk starten met voorteelt, hoofdteelt en nateelt, dat loopt gegarandeerd mis, sla, ui, prei, bonen, gemakkelijke groenten, laat de weeuwenteelt, voorjaarstelt zomer en herfstteelt van bloemkool voorlopig aan je voorbijgaan, dan haal je ook geen knolvoet binnen door de ene mislukking na de andere. Begin eenvoudig eens met soepgroenten.
Frank Anrijs says
Je hebt helemaal gelijk Ber. En dat gaat eveneens op met het zelf opkweken van plantgoed, zelf zaden oogsten .. Je kan het op alle domeinen van tuinieren doortrekken. Hou het simpel en klein om te starten 🙂 .